MA K van der Ham
De rol van kerken en het christendom bij racisme in Nederland – een van de meest urgente onderwerpen van dit moment – wordt onderbelicht, ook al zijn kerken opgeroepen om te strijden voor een rechtvaardige samenleving, te bemiddelen in een goed leven. Het voorgestelde project beoogt meer inzicht te krijgen in ervaringen met en opvattingen over racisme in de Nederlandse samenleving van kerkleden, en te verkennen hoe polarisatie van het publieke debat over racisme kan worden teruggedrongen. Door dit te onderzoeken wil het project de verstrengeling van het christendom met hedendaagse raciale ideologieën blootleggen als gevolg van de transgenerationele reproductie van culturele identiteit en een geschiedenis van slavernij en kolonialisme.
In het onderzoek naar racisme in Nederland is tot nu toe weinig aandacht besteed aan de invloed van de christelijke traditie op hedendaagse racistische reflexen. De centrale vraag van het project luidt dan ook:
Hoe kunnen geleefde ervaringen van en opvattingen over racisme en witte suprematie onder kerkleden en de daarbij behorende polarisatie worden aangepakt in de context van de verstrengeling van het christendom met hedendaagse raciale ideologieën in Nederland?
Dit gezamenlijk theologisch praktisch onderzoeksproject is geïnspireerd door de bevrijdingshermeneutiek. Er is een casestudy nodig van bijbelstudiegroepen met leden van internationale kerken en de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Contextuele bijbelstudie (CBS) en intercultureel bijbellezen (IBR) faciliteren een collectieve reflectie en constructieve interactie over tegenstrijdige ervaringen en opvattingen over racisme en witte suprematie in hedendaagse kerken en de Nederlandse samenleving, in combinatie met een reflectie op de christelijk-theologische concepten die daarbij spelen.
Dit interdisciplinaire onderzoeksproject beoogt hierbij een bijdrage te leveren aan het beantwoorden van een van de meest urgente en complexe uitdagingen voor kerk en samenleving van vandaag: hoe reageren we op racisme, met oog voor onze eigen (historische) rol in het in stand houden van racistische structuren in de samenleving?