Naar hoofdinhoud
De ingenomen standpunten zijn die van de auteur, niet per se die van de PThU.
Heb je een vraag of goed idee voor het bijbelblog?

Raadsel op een kerkraam

4 juni 2020

Op een van de drie bijbelse glas-in-loodramen van de Geertekerk in Utrecht staat Mozes afgebeeld. Hij heeft in zijn handen twee stenen platen met daarop raadselachtig schrift. Bachelorstudent kunstgeschiedenis Peter Hanegraaf deed er onderzoek naar voor zijn scriptie.

Peter Hanegraaf
Student Kunstgeschiedenis

Op een van de drie bijbelse glas-in-loodramen van de Geertekerk in Utrecht staat Mozes afgebeeld. Hij heeft in zijn handen twee stenen platen met daarop raadselachtig schrift. Bachelorstudent kunstgeschiedenis Peter Hanegraaf deed er onderzoek naar voor zijn scriptie.

Peter kwam in contact met Marjo Korpel, docente Oude Testament aan de PThU. Hij had toen al vier letters op de stenen platen ontcijferd. Er bleek in oud-Hebreeuws schrift JHWH te staan. Dat is de ebreeuwse godsnaam. Bovenaan op het raam stond verder 'Exodus 31:18'. Maar wat stond er verder op de stenen platen? De samenwerking tussen een student kunstgeschiedenis en een bijbelwetenschapper leidde tot een onverwachte ontknoping.

Johan Dijkstra

De drie ramen in de Geertekerk in Utrecht zijn gemaakt door de Groningse kunstenaar Johan Dijkstra (1896-1978), en twee van de ramen zijn ondertekend: Ioannis Groninganis me facit, `Johan uit Groningen heeft mij gemaakt'. Daarna volgt het jaartal. Dijkstra tekende en schilderde en was een van de oprichters van stijlgroep De Ploeg. Veel van zijn werk hangt in het Groninger Museum. In 1930 begon hij met de opleiding tot glazenier, en meer dan eens zei hij nog eens een bijdrage te willen leveren aan de protestantse glasschilderkunst in Nederland. De hoofdvraag voor het scriptie-onderzoek was of de drie ramen in de remonstrantse Geertekerk daar misschien een voorbeeld van waren.  

Goddelijke opdracht? 

Het verhaal van de drie gebrandschilderde ramen van de Geertekerk begint bij de Utrechtse arts Jan Martens. In een interview in het Dagblad van het Noorden (16 jan. 1960) vertelt hij dat hij door een droom was aangespoord om een gebrandschilderd raam aan de kerk te schenken. Hij en zijn vrouw RoelfinaMulder waren niet onbemiddeld, dus waarom zouden ze het niet doen? Bovendien kwamen ze uit Groningen en kenden ze Johan Dijkstra. Zo kwam het dat Dijkstra in 1956 opdracht kreeg voor het maken van ramen voor de Utrechtse Geertekerk. Met veel overleg over en weer kwamen ze gezamenlijk tot het ontwerp van de ramen. Dijkstra hield daarbij de leiding.

Pinksteren

Het Pinksterraam (1957) bevindt zich aan de zuidmuur van de kerk. Recht tegenover het Mozesraam aan de noordmuur. Het laat een scherp contrast zien tussen de onderste helft, met een groep van twaalf mannen in het donker, en de bovenste helft in het licht. Een symbool met drie in elkaar vervlochten lichtblauwe driehoeken op een goudgele achtergrond symboliseert de Drie-eenheid. Daaronder is een gebonden korenschoof met twaalf rijpe aren afgebeeld. En links en rechts daarvan zijn in lichtblauw de Griekse letters alfa en omega te zien. Daaronder vliegt een duif recht naar beneden. Goudgele langwerpige vlammen schieten omlaag. Ze vormen een gouden licht boven en om de twaalf mannen.

Op het raam wordt verwezen naar Handelingen 2:1-2, het verhaal over de uitstorting van de Heilige Geest. Glazenier Dijkstra legt hierbij uit, dat het Joodse Pinksterfeest is uitgebeeld als oogstfeest, zoals ook de afgebeelde schoven duidelijk maken. Handelingen 2 vertelt namelijk hoe Jezus’ leerlingen bijeen zijn voor de viering van het joodse Wekenfeest, een oogstfeest (Sjavoeot). Op dat moment wordt de Heilige Geest over hen uitgestort.

Het raadsel van het Mozesraam

Op het Mozesraam (1960) is een fronsende Mozes te zien, met lange grijze haren en baard. Hij is gekleed in een rood gewaad. Hij houdt twee stenen platen boven zijn hoofd. Op de twee platen is tekst te zien, een rij van negen woorden. Als kijker denk je dat de tien geboden erop staan, al ontbreekt er dan wel een. Of misschien staat er een gedeelte uit de tekst van Exodus 31:18 op, de tekst die bovenaan in het raam staat.

Hier stelt Dijkstra de kijker voor een raadsel. Allereerst is het schrift op de twee stenen platen geen bijbels Hebreeuws. Had Dijkstra dan zo maar wat gekrabbeld? Maar bovenin het raam had de kunstenaar toch wel degelijk zijn best gedaan om oorspronkelijk schrift te gebruiken? In de lichte plek boven Mozes is in prachtig klassiek Hebreeuws de godsnaam aangebracht. Dus waarom dan op die twee stenen platen niet?

Detectivewerk

Ik had al ontdekt dat de godsnaam niet alleen bovenaan op het raam voorkomt, maar ook op een van de twee platen. Op die platen is die naam alleen met het oudere Hebreeuwse schrift geschreven. Alleen de rest van de tekst bleef een raadsel. Was het runenschrift? Fake Hebreeuws? Was Dijkstra geïnspireerd door de film The Ten Commandments uit 1956, waarin Mozes ook twee stenen platen omhooghoudt, met de tien geboden in oud-Hebreeuws schrift?

Op deze uitdaging ging Marjo Korpel in en een voor een lichtten de puzzelstukjes op. Het begon met het laatste woord, dat vrij goed leesbaar was: `knechten'. En ineens openbaarde zich het ene na het andere woord: de twee platen bleken de tekst van Exodus 20:2 te bevatten, waarbij eigenlijk alles klopte. Er staat: "Ik ben de Heer, uw God, die u uit het land Egypte, uit het diensthuis geleid heeft."

Dijkstra bleek gebruik te hebben gemaakt van de alleroudste vorm van het westsemitische schrift. Dat is bewaard in een Fenicische inscriptie op de sarcofaag van koning Ahiram uit Byblos, uit de 10e eeuw voor Christus. Opdrachtgever Jan Martens had in een van zijn brieven Dijkstra aangeraden om voor de uitvoering van de ramen ook advies in te winnen bij theologen. Zelf schrijft Dijkstra dat hij de Groningse Nieuwtestamenticus professor P.A. van Stempvoort heeft geraadpleegd voor het derde raam, het Paulusraam.  

Over het Mozesraam schrijft hij dat de letters ‘op wetenschappelijke basis getekend’ zullen worden. Het ligt voor de hand dat hij hiervoor de Groningse hoogleraar J.H. Hospers (Semitische talen) om advies zal hebben gevraagd. Tenslotte had Dijkstra eerder, voor de aula van de Rijksuniversiteit Groningen, al een aantal glas-in-loodramen geleverd. Zo zal hij makkelijk toegang gehad hebben tot de hoogleraren. Wel is de vraag: zou Dijkstra geweten hebben dat hij in werkelijkheid geen oud-Hebreeuws had opgetekend, maar het sterk daarop lijkende Fenicisch? De keuze is overigens wel begrijpelijk: het schrift van die oudste Fenicische tekst is mooi van vorm en goed na te tekenen.

Onleesbaar schrift

Zoveel is wel duidelijk: Dijkstra had met opzet een oudere schriftvorm gekozen. De bedoeling was, dat de tekst zowel voor de leek als ook voor de dominee onleesbaar zou zijn. Waarom dat? Om dat te begrijpen was het nodig een preek van Luther van 27 augustus 1525 te bestuderen. Een preek over de twee teksten: Handelingen 2 (het Pinksterraam!) en Exodus 19:16 (het Mozesraam). In die preek benadrukt Luther dat de wet van Mozes alleen gold voor het volk Israël, maar niet meer voor de gemeente van Christus. Kortom: de gelovige in de kerk die naar de ramen kijkt hoeft ook niet meer te weten wat er op die door God aan Mozes gegeven platen staat. Luther wijst dan in het bijzonder op Exodus 20:2, de tekst die Dijkstra op de twee stenen platen had geschreven: "Ik ben de Heer, uw God, die u uit het land Egypte, uit het diensthuis geleid heeft." Een uitspraak die heel specifiek de geschiedenis van het volk Israël betreft.

Wetgeving en Pinksteren

De twee tegenover elkaar geplaatste ramen in de Geertekerk bieden zo een mateloos boeiende en spannende, maar tegelijk zwijgende preek. Precies zoals Dijkstra dat van het begin af aan voor ogen had. En zo `preken' deze twee ramen nu nog steeds in stilte. Samen vertellen ze de boodschap van Luther uit zijn preek: als christenen moeten we ons niet meer zozeer baseren op de Wet van Mozes, maar vooral op de genade van God, zichtbaar in de gave van de Geest.

Cirkel rond met het Paulusraam

Het Paulusraam (1960) ten slotte vormt de schakel met Luther in het drieluik van ramen. Het waren immers woorden van de apostel Paulus die Luther inspireerden tot zijn uitleg van de oudtestamentische Wet voor de gelovigen van zijn tijd. En zo blijken die drie ramen van Johan Dijkstra in de Utrechtse Geertekerk inderdaad zeer protestants en vooral heel Luthers te zijn. Dat wordt nog eens onderstreept door het vermijden van afbeeldingen van God. Dijkstra gebruikt vooral letters en symbolen om het goddelijke te verbeelden.

Hoogtepunt van protestantse glas-in-loodkunst

Als schilder heeft Dijkstra in zijn latere jaren wellicht wat minder aan de weg getimmerd, maar hij bereikte met de ramen in de Geertekerk een schitterend hoogtepunt van protestantse verbeeldingskracht. Zou hij wellicht met zijn geheimzinnige tekst ook de stille hoop gehad hebben dat ooit nog eens zijn in de ramen verstopte hints zouden worden ontdekt door samenwerkende onderzoekers van verschillende universiteiten? In de briefwisseling van Dijkstra (thans in beheer bij de Stichting Johan Dijkstra in Groningen) is het raadsel namelijk nooit onthuld. Hoe het ook zij, de Groningse glazenier heeft ons als onderzoekers enorm veel Entdeckerfreude gebracht, en bovendien weer eens laten zien hoe vruchtbaar interdisciplinaire samenwerking kan zijn.