Black Lives Matter - ook in de Bijbel?
Wat staat er in de Bijbel dat zou kunnen helpen bij het huidige, heftige debat over racisme?
Donald Trump reageerde op een opvallende manier op de onlusten naar aanleiding van de dood van George Floyd. Op tweede Pinksterdag ging hij pontificaal met een Bijbel voor een kerk bij het Witte Huis staan. Daar kwam veel kritiek op. Las hij er af en toe maar in, zo sneerde een dag later Joe Biden, zijn tegenstrever bij de komende verkiezingen. Wat zou hij daarin dan kunnen vinden dat helpt in verband met het huidige, heftige debat over racisme?
De vloek van Noach
Wie enigszins vertrouwd is met de geschiedenis van de uitleg van de Bijbel zal beseffen dat dit een heel gevoelige kwestie is. Eeuwenlang is de slavernij verdedigd met de hand op de Bijbel. Dat gold dan met name voor de handel in zwarte slaven door blanke machthebbers. Slavernij was immers een geaccepteerd fenomeen in de Bijbelse geschriften.
De heerschappij van blank over zwart werd verdedigd met een beroep op de vloek van Noach over zijn zoon Cham en diens nakomelingen, zoals verteld in Genesis 9:20-27. Cham had zijn vader te schande gemaakt en daarvoor moest hij boeten: hij en zijn nageslacht zouden voortaan de knechten van zijn broers en hun nageslacht zijn. Een van Chams zonen was Kus (Genesis 10:6). Vaak is aangenomen dat met zijn nakomelingen de Ethiopiërs bedoeld werden. De conclusie was: kennelijk wil God dat blanken de zwarte Afrikanen tot hun slaven maken. De apartheidswetten in Zuid-Afrika kregen zo het stempel van Bijbelse goedkeuring.
De Bijbel tegen racisme
Ook tegenstanders van de slavernij en het racisme werden geïnspireerd door teksten uit de Bijbel. Het geldt toch immers voor alle mensen dat zij 'beeld van God' zijn (Genesis 1:27). Bovendien schrijft Paulus toch ook dat door de eenheid in Christus het verschil tussen slaaf en vrije wegvalt (Galaten 3:28)?
Veel verhalen in de Bijbel gaan in tegen de gedachte dat het ene volk beter is dan het andere. Een mooi voorbeeld is te vinden in Numeri 12. Daar wordt verteld hoe Mirjam en Aäron hun broer Mozes verwijten dat hij een vrouw uit Kus heeft (de NBV vertaalt 'Nubische', oudere vertalingen: 'Ethiopische'). Ze hadden liever gezien dat hij met een vrouw uit het eigen volk getrouwd was. Daar is God het niet mee eens en ze worden gestraft voor hun eenkennigheid. Bij Mirjam gebeurt dat op passende wijze doordat zij een week lang een witte huiduitslag ('melaats als sneeuw') krijgt.
Een andere intrigerende tekst is te vinden aan het slot van het boek Amos. Via deze profeet laat God aan zijn volk Israël weten: “Zijn jullie voor mij niet gelijk aan de kinderen van de Kussieten?” (Amos 9:7). Net als bij andere profeten, zoals bijvoorbeeld Jona, laat God weten dat hij zich niet houdt aan etnische grenzen. Het Nieuwe Testament is daar ook vol van. Eén van de eerste bekeerlingen is niet voor niets een Ethiopiër (Handelingen 8:26-40).
Verborgen racisme
Er is in de Bijbel dus genoeg te vinden dat een positieve bijdrage zou kunnen leveren in de strijd tegen het racisme. De meeste Bijbellezers zullen het er ook wel over eens zijn dat de manier waarop het verhaal over de vloek van Noach werd toegepast echt niet meer zo kan. Dat heeft vooral te maken met de tijd waarin we leven en met wat we normaal zijn gaan vinden. Niemand wordt tegenwoordig graag racist genoemd. Toch ontdek je soms dat racisme niet zomaar uitgebannen is, ook niet bij jezelf en ook niet in het Bijbelgebruik.
Een aardig voorbeeld is de vertaling van Hooglied 1:5. In dit liefdeslied beschrijft het meisje zichzelf als “donker van huid, doch bekoorlijk”. Zo luidt de vertaling van het NBG 1951. De Statenvertaling klinkt nog bedenkelijker: “Ik ben zwart, doch liefelijk”. Pas bij de Nieuwe Bijbelvertaling van 2004 brak het besef door dat dit in deze tijd niet meer kan. Nu staat er: “donker ben ik, en mooi”. De dichter van het Hooglied kunnen we niet zomaar van racisme betichten. Waarschijnlijk ging het om een verschil in komaf. Het meisje is gebruind door het werk in de buitenlucht, waardoor zij niet de witte huid heeft van een prinses. Maar als je niet oppast klinkt er in de vertaling toch iets door van minachting op basis van de huidskleur.
Veelzeggend was ook de commotie die in 2001 ontstond naar aanleiding van een documentaire bij de BBC. Daarin werd getornd aan het klassieke beeld van Jezus. U weet wel: die vriendelijk ogende man, met zijn halflange, licht krullend bruine haar, goed verzorgde baard en blauwe ogen. Het programma wees erop dat deze verschijning wel erg westers is. Als Jezus er inderdaad zo uitzag, moet hij in Galilea een bijzonder opvallende persoon geweest zijn. Hij werd in de documentaire vergeleken met een reconstructie van een persoon uit die tijd. Dat gebeurde op basis van een daar gevonden schedel uit de periode dat Jezus daar leefde. Die persoon was bruin gekleurd, had zwart haar en bruine ogen. Dat lijkt niet op 'onze' Jezus, zo lieten veel kijkers verontrust weten.
Gekleurd Bijbellezen
Het is onvermijdelijk dat we de Bijbel 'gekleurd' lezen. We zijn nu eenmaal kinderen van onze tijd. Samen met anderen lezen helpt om je daarvan bewust te worden. Zo krijg je oog voor bepaalde blinde vlekken.
Bij de Protestantse Theologische Universiteit doen we daar goede ervaringen mee op. Elk jaar weer zijn we blij met groepen studenten uit het buitenland die voor een paar maanden of een heel jaar bij ons in Amsterdam of Groningen komen studeren. Als we samen uit de Bijbel lezen, merken we hoe groot de invloed van je eigen context is. Dan blijkt dat je die foute lezing van Genesis 9 niet kunt afdoen als een incident uit de geschiedenis van de uitleg. Want die zwarte student uit Zuid-Afrika ondervindt nog aan den lijve hoe de rassenscheiding doorwerkt. Dan merk je dat een Koptische christen uit Egypte het verhaal van de 'kamerling uit Morenland' met andere ogen leest dan jij. Dan durf je geen grapjes te maken over Bijbelvertalingen als je met een zwarte studente uit Zimbabwe het Hooglied bestudeert.
Het zou mooi zijn als Donald Trump en Joe Biden het op konden brengen om samen uit de Bijbel te lezen. Maar laten ze dan vooral ook Michael Curry (bekend van de trouwdienst van prins Harry en Meghan Markle) of anders Al Sharpton (voorganger bij de uitvaart van George Floyd) erbij vragen.