Naar hoofdinhoud

“Gebed is niet van mij, en niet van mij afhankelijk”

31 januari 2025

Ze is niet altijd een fervente bidder geweest, vertelt onderzoeker Ilonka Terlouw. Maar ze heeft wel de kracht van gebed ervaren in haar leven. Ook en misschien juist toen ze het ‘praten met God’ aan anderen overliet. “Toen merkte ik sterk dat gebed ook te maken heeft met verbondenheid met elkaar.” Gefascineerd door hoe gebed ons verbindt met God en de ander startte ze onlangs een onderzoek naar de waarde van gebed.

Gedragen in gebed

Tijdens een moeilijke periode in haar leven had Ilonka Terlouw een van de meest waardevolle ervaringen met bidden. “Ik bad niet, omdat ik er geen energie voor had en geen zin. Toch voelde ik me gedragen in het gebed van heel veel gemeenteleden, waarvan ik er meer niet ken dan wel. Zij baden in plaats van mij toen ik dat zelf niet kon. Dat heeft voor mij persoonlijk veel betekend.” En het betekende nog veel meer voor hoe ze tegen gebed ging aankijken: er kwam een dimensie bij. “Ik besefte dat het gebed niet van mij is, en ook niet van mij afhankelijk is. Je bidt altijd als lichaam van Christus, je bidt mét Christus, ‘in Jezus’ naam’. Gebed hangt niet van mij af, maar van Hem.”

Praten met God

Wat mag je allemaal gebed noemen? “In de samenleving hebben mensen het vaak over ‘praten met God’, maar het is alle communicatie waarbij God geadresseerd wordt. Soms is het een gevoel, of een gedachte. Het begint bij gedrag: handen vouwen, woorden zeggen, een stil plekje zoeken, God danken als de zon op je gezicht schijnt. Mensen weten zich verbonden met God, en in gebed reageren ze op wat ze merken van God in hun leven.” Maar hoe bid je en hoe blijf je bidden in een samenleving waarin de meerderheid niets met God heeft? “Trends in de samenleving hebben invloed op het gebedsleven van christenen,” zegt Ilonka. “Wat mogen ze nog van gebed verwachten, in een omgeving waar een heleboel maakbaar en verklaarbaar is? Voor christenen is het soms zoeken hoe je het een plek geeft in het dagelijkse leven. Hoe betrek je gebed op je werk, je passie, je verdriet?” Gebed krijgt in de Protestantse Kerk in Nederland sinds een paar jaar hernieuwde aandacht, valt haar op. De PKN wil een ‘gebedsgemeenschap’ zijn, volgens de laatste visienota.

Cultuur van gebed

Van ’gebedsverlegenheid’ of een ‘gebedscrisis’ in de PKN wil ze niet spreken. “Je hoort dat wel van predikanten of theologen, en er zijn dalende cijfers als je mensen vraagt hoe vaak ze bidden. Toch is bidden nog altijd heel belangrijk voor christenen.” Mensen trekken ook vaak een vergelijking met bijvoorbeeld de evangelische beweging, die “bij uitstek een gebedsbeweging” is. “Bij de PKN heeft gebed in verhouding een veel minder prominente plek. Maar daaruit volgt nog niet dat de PKN geen gebedscultuur heeft. In de PKN wordt volop gebeden. Samen, op zondag, maar ook individueel.” Of deze way of life in crisis verkeert, valt nog te bezien, aldus Ilonka. Ze is in ieder geval nog niet echt in kaart gebracht. Dat probeert zij nu met haar onderzoek te doen, om zo het gesprek over de kerk als gebedsgemeenschap te kunnen voeren. “De ‘kerk’ wordt gevormd door mensen, dus daar moet je naar luisteren. Zowel naar mensen die wel bidden als mensen die dat niet doen. Mensen van Christus, die fungeren als bron van de theologie. Niet in plaats van de stem van de Bijbel of de traditie, maar wel als niet te negeren stem.”

Als gemeenschap groeien in gebed

Heel concreet onderzoekt Ilonka hoe de gebedspraktijk van christenen in de PKN eruitziet, en waarom dat er voor hen wel of niet toe doet. Daarom wil ze samenwerken met groepen mensen in kerkelijke gemeenten. Haar aanpak komt met een bonus: “Dichter bij mensen en hun gebedspraktijken komen, brengt ook God dichterbij.” Zij vraagt hen om gebedsdagboeken bij te houden. “Ze beantwoorden dagelijks de vragen: wat heb ik vandaag gedaan? Hoe heb ik dat gedaan? Waarom heb ik dat gedaan? Ook komen ze bijeen in gespreksgroepen om het met elkaar te hebben over hun antwoorden. Zo scherp je elkaar en help je dingen boven water te krijgen. Het maakt je bewust van je eigen gebedspraktijk en die van de gemeente. Op dat soort avonden hebben we het niet met elkaar over 'wat vinden we van het gebed', maar delen we hoe we het leven met God leven. Zo helpen we elkaar verder en groeien we als gemeenschap die de weg van het gebed gaat.”

Meewerken aan het onderzoek?

Het onderzoek Een nieuw gebed loopt tot 2028. In de periode 2025-2026 doet Ilonka Terlouw onderzoek in gemeenten om de gebedspraktijken in kaart te brengen. In 2027-2028 kijkt ze vervolgens wat kerken kunnen leren van deze praktijken. Wil je meewerken aan dit onderzoek? Meld je aan bij Ilonka Terlouw.