Bereidheid Nederlanders tot duurzaam gedrag vooral financieel gedreven
Driekwart van de Nederlanders is bezorgd over het klimaat en vindt dat er actie moet worden ondernomen om klimaatverandering tegen te gaan. Toch voelt slechts één op de twee Nederlanders zich persoonlijk verantwoordelijk en leiden klimaatzorgen nauwelijks tot duurzamer gedrag. Het laatste geldt vooral voor mensen met een hoog inkomen en een hbo- of wo-opleiding. Dat blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) dat vandaag verschijnt. In meer dan de helft van de onderzochte situaties zijn Nederlanders niet bereid hun leefstijl te veranderen ten gunste van het klimaat. Als mensen al bereid zijn tot verandering dan is dat met name uit financieel oogpunt: als niet-duurzaam gedrag meer geld kost dan duurzaam gedrag.
Copyright coverfoto: David Rozing, bron ANP
In het onderzoek ‘Tussen duurzaam denken en duurzaam doen’ onderzochten het SCP en de PThU wat mensen bereid zijn op te offeren voor het klimaat. Daarnaast is voor het eerst specifiek gekeken naar de rol van waarden en religie bij afwegingen en leefstijlveranderbereidheid van mensen. Uit de resultaten van dit kwantitatieve onderzoek blijkt dat er weinig verschillen zijn tussen religieuze en niet-religieuze groepen als het gaat om opvattingen over klimaatverandering en duurzaam gedrag. Wel spelen geloofsovertuigingen een rol bij de houding en het gedrag van mensen. Zo zijn gelovigen die vooral vinden dat de mens als rentmeester verantwoordelijk is voor de aarde bezorgder over klimaatverandering en meer bereid hun leefstijl te veranderen dan gelovigen die vooral accentueren dat de mens over de natuur kan heersen.
Grote verschillen tussen arm en rijk
Een opvallende uitkomst van het onderzoek is dat mensen die de urgentie van klimaatverandering erkennen en vinden dat ze moeten bijdragen aan de oplossing van het klimaatprobleem, dat niet laten zien in duurzamer gedrag. Vooral mensen met een hbo- of wo-opleiding en een relatief hoog inkomen zijn erg bezorgd over het klimaat, maar dat uit zich nauwelijks in meer duurzaam gedrag. Voor veel mensen met een praktische opleiding en een relatief laag inkomen geldt het tegenovergestelde. Zij gedragen zich significant duurzamer dan de gemiddelde Nederlander, terwijl zij de urgentie van het klimaatprobleem juist minder onderschrijven.
Duurzaam gedrag sterk gestuurd door geld
In het onderzoek zijn verschillende toekomstscenario’s aan respondenten voorgelegd. Op basis daarvan blijkt dat Nederlanders in een meerderheid van de situaties (54%) niet bereid zijn hun leefstijl aan te passen, ondanks hun zorgen om het klimaat, de dreiging van natuurrampen en de oproep van de overheid en de wetenschap voor duurzamer gedrag. Als mensen al bereid zijn tot verandering dan is dat vooral als duurzaam gedrag goedkoper is dan niet-duurzaam gedrag. Hun overwegingen zijn dus vooral financieel gedreven. Klimaatbeleid gericht op het financieel belasten van niet-duurzaam gedrag lijkt dan ook effectief.
De keerzijde hiervan is dat niet-duurzame keuzes een luxe worden die alleen rijke mensen zich kunnen veroorloven. Daarbij komt dat mensen die op dit moment minder duurzaam gedrag vertonen minder gevoelig zijn voor hogere prijzen en minder bereid zijn hun leefstijl aan te passen.
Onvrede over klimaatbeleid toegenomen
Ondanks het groeiende klimaatbesef sinds 2019 is de onvrede over de aandacht voor klimaat bij een substantiële groep Nederlanders toegenomen (45%). Zij vinden vooral dat er urgentere problemen zijn die aangepakt moeten worden, zoals asiel en migratie, structurele ongelijkheid en de houdbaarheid van de zorg. Daarnaast hebben zij het gevoel dat een kleine groep mensen klimaatmaatregelen aan de rest wil opleggen en zijn zij bang dat zij nergens meer van mogen genieten. Verder vinden de meeste Nederlanders dat de kosten van klimaatbeleid niet eerlijk verdeeld worden tussen arme en rijke Nederlanders (61%) en tussen burgers en bedrijven (70%). Rechtvaardig klimaatbeleid zou volgens Nederlanders gebaseerd moeten worden op het principe dat de grootste vervuilers het meest betalen en dat mensen met meer inkomen meer bijdragen dan mensen met een smalle beurs.
Voorbeeldgedrag en maatschappelijke dialoog
Om de kloof tussen duurzaam denken en duurzaam doen te dichten, kunnen verschillende wegen bewandeld worden. Allereerst kunnen financiële prikkels en rechtvaardig beleid ervoor zorgen dat klimaatbeleid effectiever is en mensen hun gedrag aanpassen. Daarnaast blijkt uit het onderzoek dat mensen pas gaan bewegen als anderen dat ook doen. Het kan dus helpen als mensen uit dezelfde sociale groep duurzamer voorbeeldgedrag vertonen. Zeker als ze het gevoel hebben dat helpend gedrag een positieve invloed heeft op hun reputatie. Tot slot kan het helpen als mensen met elkaar in gesprek gaan over de achterliggende overtuigingen van hun houding en gedrag ten aanzien van het klimaat. En wat er nodig is om tot duurzamer gedrag te komen. Geschikte locaties voor deze dialoog zijn naar verwachting ontmoetingsplekken, bijvoorbeeld geloofsgemeenschappen, waar mensen het niet altijd met elkaar eens zijn, maar waar het uitgangspunt is te streven naar een gezamenlijk belang.